Het verdwenen schip

In dit verhaal wordt iets verteld over één van de kleinere KPM schepen.

In de periode van 1937 – 1958 maakte het ms. Paloh deel uit van de vloot. Het was een schip met een bijzondere geschiedenis: gebouwd in 1921 in Kiel op de Germania werf van Fried - Krupp als 3 mast schoener. Van 1924 – 1937 heeft ze gevaren als Paloh van de N.V. scheepvaartmaatschappij Paloh te Batavia. In 1937 werd de Paloh aangekocht door de KPM, verbouwd tot motorvrachtschip. In 1942 door de bemanning tot zinken gebracht in Soerabaya, vervolgens door de Japanners gelicht en weer in de vaart gebracht. In augustus 1945 teruggevonden in Makassar en onder Britse vlag gebruikt voor de repatriëring van Japanse krijgsgevangen. In 1946 teruggeleverd aan de KPM en weer als Paloh in de vaart gebracht.

In 1952 voeren wij op het ss Valentijn in de dienst van Priok - Javaanse kust – Soerabaya – Bali - Makassar en moesten de Paloh enkele malen met machineschade binnenslepen. De machineschade bleef het schip achtervolgen.

Zo kon het gebeuren dat de gezagvoerder van de Valentijn maar ook die van andere schepen weer het verzoek kregen uit te kijken naar de Paloh, want dat schip was al weer enkele dagen over tijd en niemand wist waar het dreef.

Nu zouden we zeggen pak toch even de radio of telefoon, maar in die tijd hadden de kleinere schepen nog niet de beschikking over deze geavanceerde voorzieningen.

Op alle schepen die op dat moment in de Java zee voeren werd goed uitgekeken maar geen spoor van de Paloh. Nu had het schip een van de gewone KPM schepen afwijkend silhouet en er was er maar één van, dus de herkenbaarheid was niet al te opvallend. Verder was de Paloh niet erg groot, zo’n 450 bruto register ton en nog geen 50 meter lang. Met de sterk vallende voorsteven leek het op een afstand wel wat op een pinisi ook wel door ons Boeginese prahu genoemd.

De zoektocht duurde al enkele dagen maar nog steeds geen spoor van de Paloh. Niet dat men zich erg ongerust maakte, de motor liet het wel vaker afweten en het weer was prima maar langzamerhand zou wel de proviand beginnen op te raken.

Niemand op de uitkijkende schepen had er ook maar in de verste verte aan gedacht dat de Paloh er heel anders uit kon zien dan het schip waarna men op zoek was. Het zeilschip met volle donkere zeilen dat daar passeerde kon nooit de drijvende Paloh zijn.

Tot ineens op een morgen de Paloh als door een wonder- figuurlijk - opdook voor de haven van Priok.

Toen de motor weer eens stil viel en niet meer aan de gang te krijgen was, heeft de bemanning denkend aan de voortstuwing tijdens de eerste tijd van de carrière van de Paloh, met behulp van de laadbomen, presennings, zonnetenten en ander textiel het motorschip omgebouwd tot zeilschip met een schoener tuig. Gebruikmakend van de stevig doorzettende moesson werd zo met succes koers gezet naar de thuishaven Priok.

Gegevens over het ms. Paloh afkomstig uit het boek: Koninklijke Paketvaart-Maatschappij door A.J.J.Mulder.

I.S. Schaafsma