Zuinigheid

Het hoofdkantoor lette –in de zestiger jaren- goed op de kleintjes.

Hoe dat bijvoorbeeld werd geregeld valt te lezen in de volgende geschiedenis en werd eigenlijk in gang gezet toen enige jaren geleden mij via het archief een tweetal kopieën werd toegestuurd, waarvan ik U de essentie niet wil onthouden.

De zestiger jaren waren veel KPM schepen nog niet uitgerust met een centrale regelkamer. Alle gegevens van machines, pompen, koelinstallaties etc. moesten ter plekke worden afgelezen. Niet overal was de verlichting van zodanige sterkte, dat het makkelijk aflezen was, vandaar dat wij beschikten over zaklantarens –lampu senter - in het bahasa Indonesia. Uiteraard zijn daar batterijen voor nodig die op de aanvraag voor verbruiksartikelen moesten worden besteld. In dit geval werden 48 stuks aangevraagd, waarvan er 24 werden geschrapt.

De reis was van Singapore naar Nieuwzeeland via Fiji en terug, dus er was nogal een reis voor de boeg. In Fiji bleek dat de voorraad batterijen dermate laag was, dat ik vond dat er aangeschaft moesten worden. Via de plaatselijke agent werd een doos batterijen besteld en ontvangen. Aan de BTD in Amsterdam werd door mij een brief geschreven, met de omschrijving waarom ik de aanschaf nodig vond.

Wie schetst mijn verbazing, dat na enige tijd de aanvraagbrief met commentaar van dhr Pronk en dhr Groot aanboord kwam, met de mededeling dat het niet meer mocht voorkomen en dat voor deze keer de betrokken HWTK niet zou worden belast met de niet goed gekeurde aanschaf.

De post waar het hier omging waren de meerkosten zijnde 17 cent x 30 stuks=fl. 51,-.

Hier vindt U de betreffende brief, hoewel het origineel niet geheel compleet is aan de linkerzijde.

I.S. Schaafsma