Tijdens een bezoek aan het verbrandingsmotorenmuseum in Papendrecht werd er onder andere een Stork Ricardo gestart zoals die als hulpmotoren werden gebruikt op de Riebeeck serie
Het geluid en de geur van verbrande diesel riepen een herkenning op van heel veel jaren geleden.
Hoe is het mogelijk dat een mens zich na vele jaren iets kan herinneren op basis van een opgevangen geur.
Ik kan mij vele geuren die te maken hebben met de vaart in Indonesië nog heel goed thuisbrengen.
Om er wat te noemen:
- de geur die je opving als je de kust van Sumatra of Borneo naderde. Het had iets aards ,van rottende vegetatie,zwoe.
- de geur van het afblussen van as en sintels na het vurentrekken op de stookplaat van de toen frequent gebruikte kolenstokers
- de geur van de gassende vetkolen in de bunkers die tegen de broei aan zaten
- de scherpe geur van de rook uit de gele schoorsteen als die neersloeg op het achterdek
- de stank van het water in de bilges, overal dezelfde doordringende stank
- de geur van kopra als de luiken opengingen na een trip langs de Molukken en Kleine Soenda eilanden. Niet alleen de geur ook de kopratorretjes vlogen naar buiten
- de zoetige geur van smoked rubber sheets na een trip langs de Sumatraanse kust
- de alles doordringende stank op en rond schip en bemanning op Ba boten die op de trassi lijn voeren
- de geur van runderen en varkens en de onvermijdelijke stank van mest als je schip vee vervoerde,wat vaak voorkwam
- de geur van dieseldampen die je te gemoed kwam als je op wacht ging op een motorschip of die van vochtige stoom gemengd
met geur van cilindersmeerolie als je op een stoomschip voer. Beide geuren zijn onvergetelijk gebleken en wekken nog steeds nostalgische gevoelens op,
zoals tijdens een bezoek aan het Nederlands Stoommuseum in Medemblik tijdens stoomdagen
Tempo doeloe is niet verdwenen uit mijn herinneringen en blijkt diep verankerd te zijn
I.S. Schaafsma